Zaterdagmiddag 11 december houdt ZLTO Drimmelen-Geertruidenberg een wandeling door boerenland, over dijkjes, langs water omdat het 600 jaar geleden is dat Hollands Diep en de Biesbosch ontstonden.
De startlocatie zal zijn bij de fam. Smits-van Oijen, Buitendijk 1, 4924 EG Drimmelen. De route houden we nog geheim, maar zal ca. 5 kilometer zijn. Het zal een actieve en informatieve complete middag zijn, waarbij u verrast zult worden door de verhalen en wat u zult zien.
Schema
- 12.00 u – 12.30 u.; Ontvangst;
- 12.30 u – 12.45 u.; Uitleg en kort praatje;
- 12.45 u – 16.30 u.; Wandelen met pauzes met lezingen, hapje, drankje;
- 16.30 u – 16.45 u.; Terug bij Smits van Oijen.
Meedoen?
Als u mee wilt lopen, kunt u zich opgeven door €10,– (of €5,– voor kinderen t/m 12) over te maken op rekeningnummer NL37RABO0150633211 tnv ZLTO-Drimmelen-Geertruidenberg o.v.v. Biesboschwandeling.
Betalen is opgeven. Opgeven kan t/m 30-11-2021, maar vol=vol. Vanwege corona houden we een maximum aantal, deelnemers aan. Voor leden van ZLTO Drimmelen-Geertruidenberg is dit alles gratis, maar dienen zich ook tijdig op te geven.
Dit kan door een e-mail te sturen naar zltodrimmelen@zlto.nl. Ook eventuele vragen kunt u daar naartoe mailen. We houden als organisatie rekening met de dan geldende coronaregels. En u ook als u mee wilt lopen.
Historie en achtergrond
Onze streek is getekend door die St. Elisabethsvloed van 18 op 19 november 1421. Dat was de aanvang van het verloren gaan van de Groote of Zuidhollandse Waard, een veenpolder, waarbij de landmassa tussen Strijen in het westen en zo ongeveer bij Almkerk in het oosten en tussen Dordrecht en Geertruidenberg, eigenlijk tot aan Terheijden toe, verzwolg tot een grote binnenzee. Beide steden, Dordt en Geertruidenberg, waren destijds de grote steden van Holland. Hier lag toen het kloppende hart van het Graafschap Holland. Dat lag niet in Amsterdam. Die stad was toen nog een onooglijk vissersdurpke. Totaal onbeduidend! Als dit niet gebeurd zou zijn, was Dordrecht onze hoofdstad geworden en was waar we nu leven wellicht een buitenwijk van die stad geweest of een industriegebied, de luchthaven. Wie weet?
Het waren de late Middeleeuwen, waarbij de pestpandemieën en oorlog het land in heel Europa al eeuwen tekenden. Toen in 1421 waren er de Hoekse en Kabeljauwse twisten, tussen rivaliserende edelen in zo ongeveer alle provincies van de Lage Landen die onder Bourgondisch bewind vielen. Geld voor dijkonderhoud was er amper, voor deze veenpolder die eigenlijk veel te groot was en deze werd relatief door te weinig mensen bewoond om droog te kunnen houden. Probeer maar eens zelf een dijk aan te leggen of een sloot te graven. Wie kan dat nog vandaag de dag. Iedereen! Maar wie doet dat nog? Niemand! Nu waren de dijken in die dagen niet de dijken die we nu kennen. Eigenlijk was deze polder al bij voorbaat kansloos, omdat als men in veen geulen gaat graven het land zakt, omdat het veen inklinkt of oxideert. Zie wat er nu gaande is in het Groene Hart van Holland. Dat landschap is in 8 eeuwen 6 meter gezakt, van plus 2 meter naar gemiddeld minus 4 meter. Daar ligt bijvoorbeeld Gouda, maar ook die stad daar is vroeg of laat gewoon ten dode opgeschreven.
Er werd in die tijd in die polder ook veel veen gewonnen, de brandstof uit die tijd, zoals we nu nog aardgas kennen. Daarnaast was het water zout buiten de dijken in het westen en deed men toen aan moernering. Het zoute water kookte men met de turf die men aan de binnenkant van de dijk won uit het veen. Zout was duur en dat wilde men winnen. In het midden zo ongeveer waar nu de Moerdijkbruggen liggen, brak de ernstig verzwakte dijk hierdoor door bij het gehucht Broek, wat daar lag. De naam Moerdijk wat daar vlakbij ligt, zegt het eigenlijk al. Een dijk op veenprut.
Ook nu is er een pandemie gaande, Corona, en dienen we weer voorzichtig te zijn, maar op 11 december zijn we buiten, wellicht in weer en wind zoals toen die bewuste nacht. We houden afstand om deze dag veilig door te komen. Zijn we terug in de Middeleeuwen? Zo lijkt het misschien, maar dat is natuurlijk niet zo. Hoewel, als je ziet hoe onzeker mensen zijn en in allerlei dingen ineens gaan geloven, dan zou je denken dat de Middeleeuwen weer terug zijn. Wat geeft dan nog houvast? Tja… Destijds geloofden mensen in hun bijgeloof in kwakzalvers, tovenaars en heksen.
En nu?
Deze vloed van 6 eeuwen geleden tekende onze dorpen en ook het boerenland. Dit maakt hoe wij hier nu leven als inwoners van onze gemeente(n). De herinpolderingen begonnen vanaf de zandgronden al met 1 eeuw. Zo viel in 1538 de Groote Zonzeelsche Polder droog, na opslibbingen en werd bedijkt. Hoe zij als alle boeren op zand, veen en klei in Drimmelen en Geertruidenberg leven is door die vloed bepaald. Dat maakt ons leven. Bovendien wordt door ene landschap door toevalligheden als deze vloed het bord wat dagelijks op tafel stond bepaald. Het land en water maakt wat je kunt eten.